Alle blogs laten zien

Dinsdag 19 augustus 2014: De aanloop

Inmiddels al weer vijf dagen vakantie en we zijn nog thuis. Eigenlijk lag het in de planning om direct na de gondelvaart te vertrekken want ja, de gondelvaart wil je eigenlijk toch niet missen. Ik was dit jaar ingedeeld als bouwassistent bij de gondel van 'Vrij zijn', een theatergroep uit Alkmaar. Leuke lui, maar ze hadden nog nooit een gondel gebouwd dus ze wisten eigenlijk niet wat ze te wachten stond. Gelukkig kreeg ik assistentie van Marco Sietses wat de werkzaamheden aardig verlichtte. Tussen de buien druk in weer ondanks dat het een eenvoudig bouwwerk was. Een gezellige dag, 's avonds het huis vol volk en de buik vol bier, een prima dag dus.

Op zich stelde onze voorstelling niet zoveel voor. Trekpleister was Bas Muijs, wie kent hem niet, van GTST. Toen de schuit weer terugkwam moesten we nog even de losse spullen van de boot halen voordat het plaatselijke rapalje dat voor ons zou doen. Dat was het moment dat Anne en Martine Bas aanspraken dat ze wel even met hem op de foto wilden, leuk voor het plakboek, drie Mui(j)zen bij elkaar. Bas meende echter dat dit niet kon zonder een financiële tegemoetkoming. Of zijn kop van de flits zou verleppen.... zo zie je maar weer, niet alle Muizen zijn leuk, vooral niet als ze Muijs heten.

De volgende dag was het vreselijk weer, de ene stortbui volgde de andere op maar de boel moest wel afgebroken worden. Doorweekt waren we. Ik heb zelfs mensen in het kanaal zien springen om droog te blijven, zo hard regende het. Gelukkig gaat afbreken sneller dan bouwen en om twaalf uur kon ik de warme douche opzoeken. Gelukkig werd het weer beter zodat we op de fiets naar het Botenbouwersbal konden gaan, altijd een hoogtepunt. Een beregezellige avond. Het is goed dat de tent om half twaalf dicht gaat, mijn lijf krijgt er moeite mee maar ik zou het niet willen missen.

In eerste instantie wilden we maandagmiddag vertrekken maar de werkelijkheid haalde ons in. Vorige week raakte mijn moeder ziek, ik wil er niet te diep op ingaan maar het was bij lange niet meer de levendige vrouw zoals we haar kennen. Velen, waaronder de huisarts, maakten zich zorgen. Dank zij hun bezorgdheid en inspanning kon mam een tijdelijke plek krijgen in 't Rekerheem waar ze nu verblijft. Iets waar we behoorlijk dankbaar voor zijn. Ze is er nu een paar dagen en het lijkt zowaar wel of ze zich beter voelt. Het feit dat ze nu even niet hoeft te zorgen maar dat er voor haar gezorgd wordt zal daar zeker aan bijdragen. We hopen dat de stijgende lijn zich voortzet en dat ze binnenkort weer terug naar huis kan.

Van uitstel komt gelukkig geen afstel en we gaan morgen op vakantie. Het reisdoel dit jaar zijn de Pyreneeën en de Spaanse Atlantische kust. Twee jaar geleden ging de Vuelta door dit gebied en de beelden van de omgeving spraken me zodanig aan dat we dit op ons lijstje hebben gezet. Na drie jaar Balkan weer eens iets heel anders. Een bijkomende aardigheid is dat ik samen met Martine twee jaar Spaanse les gehad hebben, een mooie gelegenheid dus om te zien of ik er nog iets van opgestoken heb. Soy muy curioso questa nosotros rencontras este vez... (Ben erg benieuwd wat we deze keer weer tegenkomen). Ik zou zeggen, stap bij ons in, er is nog plek, en ga met ons mee.

Woensdag 20 augustus 2014: Eindelijk op pad

En daar zitten we dan, acht uur s-avonds, lekker in het zonnetje in Bonneval, een plaatsje tussen Chartres en Orléans in. Om vier uur vanmiddag kwamen we hier al aan na een goede reis. Wel een lange dag. Vanmorgen ging om vijf uur de wekker en om vijf over vijf stond ik omeletten te bakken. Vaste lezers weten dat geen vakantie compleet is zonder broodjes omelet. Dit is een vast onderdeel, net als Heinz Sandwichspread. Normaal taal ik er niet naar maar in de vakantie kan ik niet zonder. Zal wel een tik zijn....

Het ging voorspoedig vanmorgen, om vijf over zes gingen we weg. Wij naar de Texaco om nog even te tanken en de banden op te pompen. Toen dat klaar was zou ik nog even de TomTom inpluggen maar waar was die? Nergens te vinden, althans niet op de vaste plekken. Potverdrie, die ligt natuurlijk nog op de kachel. Wij weer terug naar huis en daar was hij ook nergens te vinden. Na een vernieuwde zoekpartij in de auto kwam hij gelukkig boven water. Het was trouwens wel een mooi momentje voor Anne. Om even voor zes uur had ze afscheid van Jim genomen die daarna weer het bed ingekropen was en in diepe slaap was. Toen ze terug was nam ze natuurlijk nog even de gelegenheid te baat om hem nog even gedag te zeggen. Slaapdronken werd hij wakker en vroeg wat we kwamen doen. Anne antwoordde dat de drie weken er al weer op zaten en wat hij hier nog in bed deed, of hij niet naar zijn werk moest. Daar trapte hij jammer genoeg niet in.

Weer in de auto, keren op de dijk en opnieuw een poging gewaagd. Gelukkig was het niet zo druk op de weg dus het schoot lekker op. Om negen uur reden we België in en om 11 uur mocht Frankrijk zich in onze komst verheugen. Het eerste stuk maar via de snelweg gedaan maar gezien de kosten is het direct het laatste stuk. Zoals gezegd staan we nu in Bonneval. Zestien jaar geleden zijn we hier ook al een keer geweest. Op 12 juli 1998 om precies te zijn. Frankrijk won op die dag de wereldcup voetbal na een wedstrijd tegen Brazilië. We stonden hier toen het vuurwerk, wat eigenlijk voor de 14de juli bedoeld was, afgeschoten werd. Leuk om hier weer even te zijn, er komen allemaal weer herinneringen naar boven. Vanavond een wandelingetje naar de rivier de Loir, waaraan de camping gelegen is. Morgen trekken we weer verder want je moet niet te lang blijven hangen in het verleden. Hoe laat dat wordt weet ik niet. We nemen het er van, de vakantie is nu echt begonnen.

Donderdag 21 augustus 2014: Aire Naturelle

De biologische klok was de wekker net voor vanmorgen. Om tien voor acht zette ik de waterkoker aan en om acht uur had ik thee voor de dames. Het is een koude nacht geweest en Anne had aan haar extra dekens eigenlijk te kort. De thermometer gaf vanmorgen 11 graden aan in de caravan en dat is ook niet echt warm. Toen ik buiten kwam lag de temperatuur daar al hoger. Rustig aan ingepakt vanmorgen en rond een uur of half tien zijn we gaan rijden. De navigatie stond op 'geen snelweg en de kortste route' en dan kom je op plekken waar je normaal nooit zou komen.

In het begin hele mooie binnendoortjes gemaakt. Daarna via Tours, Poitiers, Angoulême. Onderweg even heerlijk zitten picknicken in het zonnetje, want het is hier prachtig weer. Vervolgens doorgereden richting Bordeaux. Onderweg zou ik de auto nog even aan de kant zetten zodat we op ons gemak even een camping konden gaan zoeken. We reden op dat moment op een Route Departementale waar weinig parkeerplaatsen waren. Op een gegeven moment zag ik er één, althans dat dacht ik. Met een gangetje van 80 kilometer per uur langzaam van de weg af maar dat viel tegen. Het was niet helemaal wat het leek. Een verhard stuk was het wel maar er zaten vreselijke kuilen in, wel tot twintig centimeter diep. Het leek wel een Albanees geitenpad. De auto vloog alle kanten op en de caravan deed hetzelfde.

Eénmaal tot stilstand gekomen maar even de schade opgenomen. Gelukkig viel dat nog wel mee. Alleen het neuswiel leek het niet overleefd te hebben, er waren hele stukken uit het wieltje en er zaten twee platte kanten aan. Verder wilde het niet meer draaien. Nou ja, dat hebben we al eens eerder beleefd, in Slowakije. In Tsjechië konden we toen gelukkig weer een nieuw exemplaar bemachtigen bij Hornbacher dus misschien lukt dat dit keer ook wel weer. Gelukkig kan hij nog wel dienst doen als steun. Verder waren alle kleren in de hangkast naar beneden gesodemieterd en dat was eigenlijk alles. De schrik was erger. Toen we weer bijgekomen waren maar even gekeken naar een kampeerplek.

Zo'n 60 km onder Bordeaux zitten we nu in het gebied Les Landes. Ik was er nog nooit geweest maar het is tot nu toe wel de moeite waard. Mooie bossen en heidevelden en volop ruimte. Verder zijn er hier de nodige meren en is het strand niet ver. Campings zijn er volop en daar staan we nu op een Aire Naturelle. 'Aire de camping Le Frezat' van Jean Piere en Marie-Noëlle Dubourg in Biscarosse om precies te zijn. Omdat het al laat was hebben we onze kieskeurigheid gelaten voor wat het was. Hier was nog plek en we hadden nog net tijd om voor het donker de tent op te zetten en te eten. Goede raad was niet duur dus hier maar heen.

Voor wie niet helemaal op de hoogte is met de Franse campingindeling: ze zijn er van 1 tot 5 sterren. Bij 1 of 2 sterren is er weinig aanwezig, vaak zijn dit gemeentecampings. Met een beetje geluk kan je net je eigen sterretje met warm water wassen. Bij 3 sterren wordt het al wat beter, winkeltje, wasmachine, ruime plekken met water dichtbij, speeltuintje. Bij vier sterren en hoger wordt je echt verwend met zwembaden en animatieteams en hoge prijzen. Met een beetje geluk krijg je er zelfs nog een Poolse schoonmaakster bij, en die zijn goed. Naar ik vernam zuigen de besten zelfs tussen de lakens dus dan ben je verzekerd van een schoon bed. Wij prijzen ons al gelukkig met een 1 of 2 sterren camping, voor ons luxe genoeg. Naast deze categorieën is er nog een buitencategorie, de Aire Naturelle.

De Aire Naturelle is eigenlijk geen camping is maar om het een strafkamp te noemen zou ook weer net even te ver gaan. Dit soort campings onderscheidt zich van de rest door het gebrek aan alle mogelijke luxe... zo bestaat het sanitair uit porseleinen gaten in de grond en is het water over het algemeen koud. Verder worden deze campings voornamelijk bezocht door het meer alternatieve segment van onze bevolking. Meestal gaan ze gekleed in zelf gepunnikte bikini's en ge-macrameede strings. Zoals ik al schreef: de leiding is in handen van Marie-Noëlle, een 68-jarige vrouwelijke kobold van 1 meter 42 die wel iets weg heeft van Eucalypta. Bij Marie-Noëlle vergeleken is de gemiddelde Oost Duitse kogelstootster een topmodel. Haar verschijning was niet bepaald eetlust bevorderend maar dat kwam goed uit; we hadden toch niet veel voorraad meer. Toen we hier de camping opreden had Anne het ook direct al bekeken maar dat had niets met Marie-Noëlle te maken. Dat kwam in hoofdzaak door het ontbreken van Wifi hier, met de vriend thuis toch bijna een eerste levensbehoefte. Het wordt dus een kort verblijf, morgen de laatste grote etappe, richting Spanje en dan op ons gemak weer terug.

Vrijdag 22 augustus 2014: Spanje

Zoals meestal op reisdagen staan we redelijk op tijd op, zo ook vandaag. Snel de boel ingepakt, Marie-Noëlle betaald en na een vriendelijk, maar niet echt gemeend 'tot ziens' zijn we weer op pad gegaan. Dwars door Les Landes richting Narbonne. Les Landes de Gascogne zoals het eigenlijk heet, is een gigantisch bos en duinlandschap. Honderden vierkante kilometers productiebos worden afgewisseld met wat schaarse landbouw en heidevelden. Kilometerslange kaarsrechte wegen doorkruisen dit gebied en hier en daar kom je een dorpje tegen. Een soort Wieringermeer met bomen maar dan vele malen groter. Bij het eerste, het beste dorp gestopt bij de bakker want we waren zonder ontbijt vertrokken. Slechte zaak.

Daar de nodige mondvoorraad ingeslagen en toen nog even langs de Super-U om te tanken. De Super-U is een Franse grootgrutter die ook benzinestations exploiteert, net zoals alle grootgrutters hier en, hoewel ik een voorkeur heb voor de kleine middenstand, ook ik laat me verleiden om hier te tanken. In vergelijking met de snelweg scheelt het 15 tot 20 cent per liter en in onze auto gaat een behoorlijke sloot. Al rijdende kwamen we tenslotte bij de Aquitane, de snelweg richting Spanje, die voor een groot gedeelte nog gratis is. Bij de eerste de beste stopplaats de auto neergezet en gaan eten, daar waren we aan toe. Rond een uur of twaalf bereikten we de buitenwijken van Narbonne en zijn daar de snelweg afgegaan omdat daar de tol weer begon. Daar wilden we de A10 pakken. Geen goed idee, we raakten totaal verstrikt in het verkeer.

Het enige goede aan deze manoeuvre was dat we een caravanboer tegenkwamen. Die verkocht zelfs wieltjes los, as erbij en een splitpen om de boel vast te zetten en wij zijn weer gered. Alleen van de week de boel even monteren en dan is alles weer tiptop. Hoewel het rustig was in de winkel, we waren de enige klanten, duurde het vrij lang voordat we weer verder konden. De dame die de kassa bediende was er niet echt bedreven in en het was zelfs voor een buitenstaander duidelijk zichtbaar dat ze voor heel andere kwaliteiten dan voor haar kennis van de detailhandel was aangenomen. Met andere woorden, ze had zelf ook een behoorlijke winkel en de etalage zag er ook niet verkeerd uit...

Uiteindelijk toch weer op pad en besloten om zo snel mogelijk weer terug naar de snelweg te gaan. Dat duurde nog even maar uiteindelijk hebben we hem toch weer gevonden. Inmiddels was het wat gaan miezeren. Tijdens het rijden niet echt een punt maar de wereld ziet er direct een stuk minder gezellig uit. Eigenlijk wat onverwacht reden we Spanje binnen en werden de wegen ook direct een stuk beter. Wat ook prettig was, was dat wij hier evenveel tol betalen als een personenauto, caravan of niet, maakt niets uit. Ook de omvang van de auto doet er niet toe, iets wat in Frankrijk wel het geval is.

Baskenland doorkruist op weg naar Bilbao en uiteindelijk Santander. Iets voorbij Santander heeft Anne een camping gespot. Het was een prachtige rit met veel vergezichten, wel af en toe een bui maar dat moet je maar voor lief nemen. Bij ons is het ook niet altijd droog vernamen we van het thuisfront. Doorgereden naar Colombres en daar de camping gezocht en gevonden. Kon ik eindelijk met het duurgeleerde Spaans aan de slag en het viel mee wat ik er van bakte. We konden gaan staan waar we wilden en we werden zelfs even geholpen om de caravan op de plek te krijgen. Dat was wel fijn met dat platte wiel.

We nemen twee plekken in beslag voor de prijs van één maar dat was op aanbod van de eigenaar. Hij vond dat je een beetje ruim moet staan en dat de auto wel op de plek tegenover ons geparkeerd kon worden. Inmiddels was het gelukkig weer droog geworden dus konden we op ons zelf op het gemak installeren. Vanavond de luie toerist uitgehangen en pizza gegeten met een Limburgs biertje er bij, echt weer multi-culti dus. We zitten hier aan de rand van een natuurpark, het Parque Nacional de los Picos de Europa. Het schijnt een geweldig mooi gebied te zijn en we hebben de tijd om het te bekijken. We hopen alleen dat het weer het toelaat. Morgen gaan we nog niet, dan hebben we een rustdag ingepland, wel even lekker na drie dagen rijden.

Zaterdag 23 augustus 2014: La costa verde

Zo laat als de Spanjaarden naar bed gaan, zo laat staan ze gelukkig ook op. Gisteravond viel het ons op dat er niemand voor negen uur ging eten, kinderen inbegrepen. Verder nemen ze er behoorlijk de tijd voor en zitten ook allemaal nog even gezellig na, kinderen incluis. Zo rond een uur of 11, of het afgesproken was, was het in één keer ook stil. Een voordeel van dat ze vrij laat naar bed gaan is dat ze ook vrij laat opstaan. Tot ongeveer negen uur vanmorgen was er geen kind te zien en te horen en dat was ook erg prettig. Vanmorgen een erg rustige ochtend gehad, een beetje gelezen en gerommeld. Zo moest het neuswiel nog even vervangen worden en was het kruidenmandje aan een restauratiebeurt toe. Kwam ik mooi aan toe. Rond een uur of tien, half elf kreeg ik gezelschap. Brood was er al dus we hebben eerst even ontbeten. Rond een uur of twaalf zijn we op zoek gegaan naar een Supermercado. Niet echt fanatiek gezocht maar zomaar een beetje rond gereden.

Per ongeluk kwamen we op de kustweg terecht en die hebben we een eind in westelijke richting gevolgd. Al vrij snel kwamen we bij een baaitje terecht met een aardig strandje, Playa de San Antolín. Schoenen uit en pootje baden. De temperatuur van het water viel ons niet tegen maar omdat we geen badkleding mee hadden en zonder kleding in dit toch wel wat puriteinse land niet echt op prijs gesteld wordt, bleef het bij een badpartij die onder de knieën bleef. Een prachtige kust is het hier, la Costa Verde of 'Groene kust'. Erg ruig met tal van mooie vergezichten en nog niet helemaal vercommercialiseerd. Niet bij ieder strandje een patattent met van die 'gezellige' wappervlaggen. Op het strandje waar wij waren zaten hoog op twintig mensen en dat op een zaterdagmiddag met mooi weer...

Verderop kwamen we San Roque del Acebal tegen, met een mooie baai die landinwaarts lag en met een kerk die door het water weerspiegeld werd. Wij even naar de haven gereden maar daar was niets. Nou ja, niets. Er was een witte Seat die voor me stond die er, net als ik, achter kwam dat het pad waarop we reden doodliep. Waarschijnlijk dacht hij dat er niemand zo stom kon zijn als hij maar dan had hij buiten mij om gerekend. Zonder in de spiegel te kijken reed hij achteruit en plantte zo zijn trekhaak in mijn mooie gele nummerplaat. Ik probeerde hem nog met behulp van de claxon te waarschuwen maar tevergeefs. Gelukkig was de klap harder dan de schade en konden we zonder poespas uit elkaar gaan. No es una problema, adiós.

Even later kwamen we een cimiterio tegen, zo'n mooie Spaanse begraafplaats. Of het een morbide trekjevan me is weet ik niet maar dat lijkt op mij toch wel een zekere aantrekkingskracht te hebben. Altijd een beetje nieuwsgierig hoe het hier gaat. Omdat begraven hier, gezien de bodemgesteldheid nogal moeilijk is worden er een soort drive-in kasten gebouwd waar de kist netjes ingeschoven wordt en dan is het 'poppetje gezien, kastje dicht'. Een afsluitende steen met opschrift ervoor en rusten maar. Net als bij de levenden is er ook bij de doden een duidelijk standsverschil waarneembaar, voor de ene familie wordt er een tempel gebouwd, terwijl de anderen het met zo'n IKEA-achtig kastje moeten doen. Fascinerend.

Daarna doorgereden naar Nueva, naar gezegd wordt het mooiste stadje van Cantabrië. Helaas kunnen we dat bevestigen noch ontkennen want de toegangsweg was afgesloten dus we zagen geen mogelijkheid om er te komen. Vervolgens de weg blijven volgen en het was zeker de moeite waard. Onderweg kwamen we een hoop pelgrims tegen de de Camino lopen, de oude pelgrimsroute naar Santiago de Compostella, hier nog zo'n 500 km vandaan. Allemaal gewapend met een stok en op de rug een rugzak met daarop de kenmerkende Jacobsschelp. Door dit gedeelte loopt één van de drie oost-west routes richting Santiago. Na een mooie rit kwamen we uiteindelijk in Ribadesella uit waar we een Supermercado zagen. Omdat toch ons oorspronkelijke doel was gingen wij er heen.

Het was een winkel van Alimerka en vergeleken met onze supermarkten een koopjesparadijs. Alles was zeker de helft goedkoper dan bij ons behalve de A-merken import. Met een wagen volgeladen weer terug naar de auto. Even verderop een picknick gedaan want de hongerklop lag toch wel op de loer en toen weer richting 'huis'. Toen ik de Tom opdracht gaf ons de weg te wijzen keek ik er toch wel van op: 54 km via de kortste route, ik had niet verwacht dat we zover afgedwaald waren. Vanavond een rustige avond gehad, nou ja rustig... Voor onze Spaanse medekampeerders is het echt weekend. Ze zitten lekker zingend aan een borrel en de kinderen rennen nog wat gillend in het rond maar voor de rest gaat het wel. Gelukkig hebben ze niet allemaal kinderen mee. Overigens heb ik goede hoop dat het straks één, twee, drie weer stil is. Zo ging het gisteren ook.

Zondag 24 augustus 2014: Los Picos

Gisteren schreef ik dat ik verwachtte dat de camping wel om een uur of elf stil zou zijn en mijn verwachting werd voor een groot gedeelte bewaarheid. Slechts op één plekje na bleef het behoorlijk lawaaiig. Op zich geen ramp, ware het niet dat het precies naast ons was. Een stel kinderen die misschien net tot Anne’s knie kwamen maakten vijf keer zoveel herrie als mensen die vijf keer zo groot waren. Het wonderlijke was dat de ouders er naast zaten en er geen erg in leken te hebben of deden alsof. Om kwart over elf mijn brutaalste Spaanse schoenen maar even aangetrokken en gevraagd of het misschien een ‘poco menos’ kon want de ‘niños’ waren wel erg ‘ruidos’. Direct volop excuses en na een hoop ‘Naturalemente señor’ en ‘lo siente’ (het spijt me) ging het niveau inderdaad met meer dan de helft omlaag. Het was wel grappig, tegenover ons staat een Spaans stel en die keken behoorlijk opgelucht en staken de duim omhoog. Zij hadden er dus ook last van gehad.

Nu waren de buren één, het plaatselijk fiësta was twee. We zitten vlak naast het gehucht Noriega waar het feest van de plaatselijke schutspatroon, San Pedro sin calsetines gevierd wordt. Het was daar behoorlijk gezellig denken we want na elke twee liedjes werd het volume weer een paar decibel opgeschroefd. Gelukkig had ik er niet zoveel last van. Ik slaap overal doorheen, zelfs door mijn eigen gesnurk. De dames konden er slechter mee overweg. Gelukkig duurde het niet de hele nacht, om half vijf stopte het al dus dat viel mee. Omdat ik er weinig erg in had gehad zette ik met een opgewekt gemoed om negen uur een kop thee voor de dames. Het was een stralende ochtend dus ik was vol goede moed. Gezien de verstoorde nachtrust kwam negen uur ze wel erg vroeg voor. Het was een behoorlijk gevecht voor de meisjes maar na een half uurtje hadden ze zich toch aan de bedden ontworsteld. Na het ochtendritueel de auto in en richting Los Picos de Europa.

De Picos is een wonderlijk fenomeen. Het is een stukje hooggebergte te midden van het omringende land. Voor de begrippen van een berggebied niet groot maar wel bijzonder, het is een enclave en nauwelijks toegankelijk. Er lopen maar een paar wegen het gebergte in en die zijn allemaal doodlopend en verder is het gebied eigenlijk alleen te voet of met een terreinwagen begaanbaar. Dit houdt in dat het nog behoorlijk authentiek is. Ook de flora en fauna zijn nauwelijks verstoord en dat blijkt wel uit de grote diversiteit van de soorten. Van bruine beren tot wolven, van adelaars tot gieren, van alles komt hier voor. Nu zijn wij niet echt van die wandelaars maar we hebben er voor gekozen om een soort omtrekkende beweging rond het gebied te maken om er toch kennis mee te maken. De tocht begon in Unquera, een stadje hier vlak om de hoek, mooi gelegen aan de Deva. Daar hebben we de N621 genomen naar Potes langs de Desfiladero de la Hermida, een prachtige kloof. Via Potes volgden we de weg naar Riaño.

Onderweg kwamen we het bezoekerscentrum van het gebied tegen. Leuk om even te gaan kijken dachten we maar dat viel tegen. Een immens gebouw (zal ook wel weer gesponserd zijn) met een expositie die eigenlijk behoorlijk tegenviel. Nauwelijks wijzer verlieten we het Casa de Picos. Daarna de weg gevolgd tot aan de Mirador de Llesba, het hoogste punt van de omgeving wat een prachtig panorama bood over de omgeving. Vervolgens de afdaling naar Riaño die, in vergelijking met wat we al gezien hadden een beetje tegenviel. Het enige leuke onderweg waren de koeien die af en toe de weg blokkeerden. Het Riaño wat wij tegen kwamen heeft niets te maken met het oorspronkelijke dorp, dat is verplaatst toen er een gigantisch stuwmeer aangelegd is. Het water stond trouwens niet hoog, wel een meter of vijf onder het normale peil, dat was aan de oevers goed te zien. Op sommige plekken waren de oorspronkelijke wegen weer drooggevallen en zag je de loop van de beken en rivieren die het meer voeden. Via de dode bomen kon je de stroom makkelijk volgen.

Vandaar richting Cangas de Onís. Al rijdende werd het landschap weer wat ruiger en indrukwekkender vooral in de Desfiliadero de los Bayos. Hier reden we echt tussen twee recht opgaande rotswanden in, bijna benauwend. Bij Cangas konden we de hoofdweg weer nemen en even later zaten we weer op de snelweg richting camping. Inmiddels was het wel zeven uur maar nog steeds heerlijk weer. Lekker gegeten vanavond en genoten van de relatieve rust. Onze buren lijken wel vertrokken en het fiësta in het dorp heeft vanavond een ander karakter, wat meer klassiek en goed te harden. En zo zie je maar weer, pas wanneer je ellende meegemaakt hebt kan je normale dingen echt op de waarde schatten.

Maandag 25 augustus 2014: Rust

Omdat het niet iedere dag natuur en cultuur kan zijn wat de klok slaat, het is tenslotte vakantie, hebben we vandaag een rustdag ingepland. Tegen de tijd dat iedereen opgestaan was en ontbeten had was het 11 uur en daarna hebben we even lekker in de schaduw zitten lezen. Daar was het nog wel om uit te houden want in de zon was het 45 graden. Geen weer voor al te grote inspanningen dus en die hebben we dan ook niet verricht.

Rond een uur of één boodschappen gedaan, altijd een feest hier. Volop onbekende producten en prijzen waarvoor je de dingen niet laat liggen. Proberen maar is het devies. Rond een uur of twee terug en geluncht en even lekker gezeten. Rond een uur of half vier, het begon al iets af te koelen, zijn we naar het strand gegaan. Hetzelfde strand als waar ik een paar dagen geleden over vertelde. Anne en ik in de zwemkleren, Jantiene met een goed boek. Al snel lagen we in het water, toen we eenmaal door waren viel het wel mee. Prachtig mooi, grote golven overspoelden ons en het leek wel steeds ruiger te worden.

Het ging goed tot dat, zo na een half uur Anne haar bovenstuk slachtoffer van de golven werd en ze half ontbloot in de branding stond. Snel probeerde ze de boel weer in het gareel te brengen maar al doende lette ze niet op en de volgende grote golf wierp haar op het strand. Daar lag ze tussen de keien en de volgende golf maakte het er niet beter op. Die schoof haar verder op het strand maar je kon zien dat het geen prettige ervaring was. Helaas kon ik geen helpende hand bieden want gezien de grootte van de golven zou ik me ook niet staande kunnen houden. Gelukkig kon Anne nog even snel een paar stappen omhoog doen en was ze buiten bereik van de branding.

Toen moest ik nog terug. Even een paar golven afgewacht en toen het even rustig leek heb ik ook de stap gewaagd. Wonderwel kwam ik goed aan de kant. Later nog even aan het strand gezeten en rond een uur of zeven naar huis voor de spaghetti. Vanavond heerlijk gezeten maar rond een uur of tien werd het toch wel even tijd voor een trui, het was nog maar een graadje of 23, fris dus.

Dinsdag 26 augustus 2014: Jaap en Wilma

Een onheilspellend geluid wekte ons vroeg in de morgen, half zeven was het en nog pikdonker. Dikke regendruppels tikten, eerst langzaam maar allengs met een steeds hogere frequentie, op ons blikken dak. Shit, stoelen naar binnen, de was hangt ook nog buiten. Hup, het bed uit en in de Jansen en Tilanus de spullen gered van een langzame maar zekere verdrinkingsdood. Daarna de voeten afgedroogd en weer terug het bed in. Dit avontuur had natuurlijk wel wat van onze rust gevraagd, zo zeer zelfs dat ik pas om negen uur wakker werd. Gelijk theewater opgezet want we wilden op tijd op pad. Het is namelijk markt in Llanes. Waarschijnlijk waren we de enigen van de camping die daarheen gingen want de rest van de kampeerders was druk bezig met de tenten af te dweilen. Dat heb ik nog nooit gezien. Met moppen werden de tenten droog gedweild en met vaatdoekjes werden de scheerlijnen afgenomen. Je kunt wel zien dat er een hoop werkzoekenden in dit land zijn en ze zijn er ook nog erg vindingrijk in. Jammer dat dit zo slecht betaald anders waren ze zo uit de crisis.

We zijn gek op markten. In het buitenland is het vaak nog een wekelijks hoogtepunt, of je moet het treffen dat je een jaarmarkt treft. Vooral is het mooi wanneer plaatselijke producenten hun eigen producten als b.v. kaas en groenten aanbieden, het geeft een mooi beeld van het leven hier. Om elf uur waren we in Llanes en gelukkig konden we vrij snel de auto kwijt. De markt hadden we vrij snel gevonden. Helaas viel het ons wat tegen, hoofdzakelijk textiel en huishoudelijke artikelen. In een overdekte hal werden voedingsmiddelen verkocht. Eigenlijk wel begrijpelijk dat die apart verkocht worden met de temperaturen van hier. Daarna zijn we nog even naar de haven gelopen waar we geprobeerd hebben krabben te vangen maar ze gaven zich niet zo snel gewonnen.

Terug in het centrum hebben we even een stop gehouden. Thee met tortilla, altijd lekker tussen de middag. We zaten er heerlijk tussen de Spanjaarden die al volop aan de alcoholische versnaperingen zaten. Alle bodegas, terrassen en ciderias zaten vol. Ciderias zijn café's waar cider de belangrijkste drank is. Dat wordt hier in grote hoeveelheden geproduceerd. Iedereen lekker met een glas voor zich en wat tapas op tafel, rustig delibererend over de zaken die ze bezig houden. Dat gaat hier heel rustig, de mensen zijn behoorlijk relaxed. Tijdens het tortilla-happen nog even lekker mensen zitten kijken, het was een kleurrijk schouwspel.

Later, in de stad, vonden we meer van onze gading. Leuke winkels die totaal verschilden van wat er bij ons verkocht werd. Zo vonden we bijvoorbeeld een winkel die gespecialiseerd was in Dali-horloges en klokken. Salvador Dali was een Spaans kunstenaar die vaak klokken in zijn schilderijen opnam. Dat waren geen gewone klokken maar ze zagen er altijd uit of ze aan het smelten waren, slap en kromgebogen. Dat in combinatie met olifanten op stelten en dode bomen en je hebt een Dali. Ik heb zijn kunst altijd wel grappig gevonden maar ik weet niet of dat wel mag met kunst. Verder volop winkels met allerlei hebbedingetjes die leuk zijn maar wanneer je ze eenmaal hebt vraag je je eigenlijk af wat je er mee moet en waarom je er zoveel voor betaald hebt. Je kent dat soort dingen wel.

Inmiddels was het al rond half twee en de zaken begonnen te sluiten voor de Siësta en op de markt begon men in te pakken. Tijd voor ons om ook in te pakken. Terug naar de camping waar inmiddels de grote in –en uittocht bezig was. Ik schreef al eerder de gemiddelde Spanjaard zich niet zo druk maakt. Het 'mañana, mañana' mag een karikatuur lijken, hier wordt er echt naar geleefd. Bij ons moet je voor tien uur van de camping af zijn anders moet je een dag extra betalen maar hier lijkt het allemaal wel niets uit te maken. Na een uur of drie beginnen de meesten lichte aanstalten te maken om in te pakken en doen dat heel op hun gemak. De hele plek ligt dan bezaaid met spullen maar opeens, zonder dat je er erg in hebt, is alles verdwenen en ligt in de auto .Volgens mij is dit nog een erfenis van Hans Kazan. Die heeft hier ook een tijdje een goocheltheater gehad. Toen ze zijn trucjes echter door hadden, en dan vooral de fiscale, kon hij wel vertrekken.

Zo langzamerhand gaan er steeds meer Spanjaarden van de camping weg en wordt het steeds rustiger hier. Gelukkig hadden we ook aankomende gasten zoals Wilma en Jaap uit Goes. Wilma was een pronte, levenslustige, uit de Zeeuwse klei getrokken, dame. Jaap was wat meer introvert, hij leek ons een gepensioneerd sportleraar van een Montessori school. Lang, schouders wat naar achter, gerechte rug, geen gram vet te veel en een fris, grijs, kortgeschoren kapsel. Na aankomst gooide Wilma direct de hoeslakens en dekbedden over een door haar geannexeerde waslijn waarna ze de camping over ging om te zien of ze nog gele kentekens met zwarte cijfers en letters zag. Daar stopte ze dan even om te kijken of ze een praatje kon maken. Bij ons had ze beet. We zaten net te eten dus we konden ook niet weglopen. We kregen het hele verhaal te horen over het slechte weer bij Bordeaux, de hele tent stond blank, en over hun vroege vertrek uit Goes op maandag. Gelukkig begon het op dat moment licht te regenen zodat ze terug moest om de hoeslakens te redden. We bekeken de boel eens en we waren het er over eens dat dit een duidelijk geval was van een foute match van E-darling of Second Love. Het kon bijna niet anders of deze reis, per auto naar Faro met een kuiploze tent, was een relatie-test.

We zijn echter niet de enigen met een nummerbord uit het Koninkrijk. Iets verder staat er sinds gisteren een té grote camper die ook deze platen draagt. Gister reden we de camping af en toen zagen we ze staan. Luifel uitgedraaid en daar zaten ze onder. Gezellig in hun witte plastic kuipstoeltjes. En op het met een plastic boerenbonte tafellaken gedrapeerde tafeltje stonden de mepal kopjes al te wachten op de dampende thee. Op en top gezelligheid. Toen ze ons zagen weggaan met de auto zwaaiden ze ons vrolijk uit en wij zwaaiden vrolijk terug. Op dat moment zagen we dat het dak getooid was met een schotelantenne, het leek wel een scene uit 'We zijn er bijna', het kampeerprogramma van omroep Max. Een camping en televisie horen nu eenmaal niet bij elkaar vinden wij. Net zoals een televisie niet in een café hoort. Maar ja, je zal maar niet zonder Lucille en Lingo kunnen. Nu doen Anne en ik nog wel eens samen klusjes, water halen, vuilnis wegbrengen, afwas doen. En iedere keer als we langslopen roepen we: 'Groen, groen, groen....', de mensen die Lingo kennen zal dit ongetwijfeld niet onbekend voorkomen.

Vanmiddag begon het weer wat te betrekken. Het werd steeds grijzer en grijzer. De wolken liepen vast tegen de bergen hier en gingen steeds lager hangen. Een lichte motregen ging over in regen en hield ons onder de luifel. Daar maar gekookt en lekker blijven zitten want koud is het niet. Inmiddels is het elf uur en weer droog. Gelukkig maar want morgen willen we verkassen. Dan gaan we richting Bilbao. Ik hoop dat jullie meegaan.

Woensdag 27 augustus 2014: De kermisklanten

Toen we vanmorgen opstonden was de hemel strak blauw en de temperatuur al weer aangenaam. Helaas was het een vochtige nacht geweest dus de tenten waren nog doorweekt. Geen maleur, lekker rustig aan de boel opgeruimd en toen een anderhalf uur later de tenten aan de beurt waren voelden die redelijk droog. De boel luchtig opgevouwen en hup, achter in de auto. We laten vandaag de Picos achter ons en gaan in oostelijke richting. Omgeving Bilbao is het doel. We hebben gisteren al een camping uitgezocht, dat kan nu gemakkelijk want er is toch plaats genoeg. Camping Playa Arenillas in Islares is het geworden. Volgens de boeken biedt deze camping alles wat we zoeken.

We zijn benieuwd. Na 126 km rijden is het zover, een kleine verplaatsing was het dus. De ingang is zodanig gesitueerd dat je niet eerst de caravan kan parkeren om een kijkje te nemen. Het ligt aan de doorgaande weg waar geen parkeerplekken zijn en het pad naar de camping loopt zo'n 15 meter naar beneden. Ontsnappen is er dus eigenlijk niet bij, voor je het weet sta je bij de receptie. Prima ontvangst maar wat ons wel bevreemdde is dat we eigenlijk geen kijkje mochten nemen. Wonderlijk. We konden gaan staan waar we wilden. Omdat we onze papieren al weer terug hadden leek ons dat geen probleem. Je rijdt gewoon een rondje met de auto, bevalt het je niet dan ga je gewoon weer. Toch nog niets betaald. 't Zal niet de eerste keer zijn dat we dat doen.

Uiteindelijk viel het toch wel mee, niet het soort camping waar we normaal gesproken heen zouden gaan maar vooruit, het Tokkiegehalte is denk ik zodanig dat we dat nog wel aankunnen. Twee plekken naast elkaar genomen, één waar wij gaan staan en één voor Symen en Martine die morgen naar Bilbao vliegen en die een paar dagen met ons meegaan. Misschien verkassen we in die periode nog wel, we zullen wel zien. We zitten vlak aan het strand hier, hoewel, dat is betrekkelijk. Het getijdeverschil is hier een meter of vier dus bij eb heb je een strand van 3 kilometer en bij vloed van 3 meter. De kust is mooi maar wel druk, het scheelt een stuk met waar we vandaan komen.

Vandaag ook weer de nodige grappige kampeerders tegen gekomen. We kwamen nu een stel tegen dat echt met een 'We zijn er bijna-reis' zijn mee geweest. Richting Roemenië en Bulgarije waren ze geweest. Eens maar nooit meer vertelde maar ze liet in het midden waarom. Dat krijgen we er van de week nog wel uit, een advocaatje met slagroom er in en dan beginnen ze vanzelf te kakelen. Verder natuurlijk de onvermijdelijke camper met schotel. Zodra de handrem is aangetrokken is het eerste doel om de schotel in de juiste stand te brengen. Ze staan vlak naast ons dus we hoeven dit keer niet zo hard 'Groen, groen' te roepen. Iets verderop staan de Spaanse Kermisklanten met hun accordeons het publiek te vermaken dus aan vrolijk vermaak geen gebrek. En om eerlijk te zijn, zo beroerd klinkt het eigenlijk niet, het is net of je op Montmartre kampeert. Morgen dus naar Bilbao, we hebben mooi de hele dag want onze gasten landen pas rond een uur of vier.

Donderdag 28 augustus 2014: Maņana mejor

De hele ochtend hingen er dreigende wolken boven ons en volgens de weer-app van Anne zou het in de loop van de dag gaan regenen. Omdat Martine en Symen vandaag komen maar besloten om hun tent alvast maar op te zetten op de naast ons gereserveerde plaats. Rond elf uur stond hij en dat was net op tijd want het begon zachtjes te miezeren.

Nadat we gegeten hadden zijn we richting Bilbao gereden. De dames wilden even een bezoek brengen aan een groot winkelcentrum wat we op de heenweg tegengekomen waren. Bilbao is een ritje van ongeveer een half uur dus dat valt wel mee. Na wat omtrekkende bewegingen vonden we uiteindelijk toch de toegangsweg naar het Centro Comercial, auto geparkeerd en naar binnen. Een gigantisch winkelcentrum waar we kwamen, groot en luxueus en nauwelijks een kip te bekennen. Direct bij de ingang kwamen we Ale-hop tegen, een winkel waar ik van de week al over schreef, met allemaal van die hebbedingetjes, alleen hier wel betaalbaar. Even een paar aardigheidjes meegenomen, ondermeer een klok voor de keuken, iets waar we thuis niets voor konden vinden. Verder ons Baskisch op peil gebracht met de kassier, een aardige vent die daar de lol wel van inzag. 'Iskirik asko' is dank je wel en bij afscheid zeg je 'Ahoor'. Daarna nog een tijdje door het centrum gedwaald. Gek wanneer er meer verkopers dan klanten zijn en overal is 'rebaja' te lezen, uitverkoop dus. Tot wel 50 procent, dus het bloed kroop waar het niet gaan kon en de koffers werden ook nog even verrijkt met wat extra kleding.

Om even voor vieren moesten we op het vliegveld zijn. Twintig meter bij de aankomst vandaan konden we mooi de auto kwijt en na 10 minuten wachten kwamen onze gasten uit de gate. Hallo en een zoentje en daarna, ja je raadt het al, boodschappen doen. De hele middag in een shopping-mall gelopen en nog geen krop andijvie in huis. Gelukkig kon de Carrefour hier verlichting in brengen. Bij ons hebben we de AH-extra maar hier hebben ze echt grote winkels. Stel je een hal van de jaarbeurs voor met alleen maar voedingsmiddelen, onvoorstelbaar wat een variëteit in producten, eigenlijk teveel van het goede.

Op de terugweg werd het weer allengs slechter en op het moment dat we op de camping terugkwamen was de motregen overgegaan in echte regen, dikke druppel s. Snel even een extra zeiltje voor de tent gespannen wat iets hielp, maar niet echt veel. Een gezellige avond gehad totdat de campingeigenaar wat sacherijnig kwam zeggen dat het iets rustiger moest. En dat terwijl de gillende kinderen nog overal rondrenden en de auto's nog in het rond reden. Waarschijnlijk was hij wel ergens anders pissig over en kon dat hier mooi even spuien. Nu moet ik toegeven, het was al kwart over elf en we waren wellicht wat luidruchtig maar de anderen wonnen het met glans.

Dit was een beetje de bekende druppel, na de matige ontvangst, de niet aanwezige maar wel in de campinggids beloofde faciliteiten kwam dit akkefietje er nog weer bovenop en ik schreef al, dit is niet helemaal onze camping. Besloten om te verkassen maar morgen nog niet. Eerst moeten de tenten maar even goed drogen, dat pakt een stuk beter in. Ik hoop namelijk dat hij me voor het eerst niet teleurstelt want toen ik vroeg wat voor weer het zou worden zei hij 'Mañana mejor'. Laten we het hopen.